Mijn LG
Mijn LG

Concurrentie voor raaigras

Ruwvoerteelt
Engels en Italiaans raaigras zijn voor de Nederlandse melkveehouderij de belangrijkste grassoorten. Toch ziet Jan Rinze van der Schoot van Wageningen Universiteit (WUR) een kentering in de toepassing van raaigras.

“Raaigras is al decennia de meest toegepaste grassoort. Het zet stikstof efficiënt om in drogestof en eiwit. De soort heeft een enorme concurrentiekracht ten opzichte van andere (ongewenste) grassen en onkruiden. Tot slot is raaigras voedzaam en smakelijk.

Door teruglopende stikstofbemesting én perioden van droogte zijn andere grassen en voedergewassen echter bezig met een opmars. Mijn advies: ga op één of twee percelen eens experimenteren andere gras- of kruidensoorten. Er zitten vast en zeker soorten tussen die op jouw bedrijf goed passen”, aldus Jan Rinze.

Alleen maar goede rassen

Van der Schoot voert bij WUR het officiële rassenonderzoek van voedergrassen uit. Elk jaar wordt een Rassenlijst gepubliceerd, waarin rassen met elkaar op vaste criteria worden vergeleken. “We voegen alleen nieuwe rassen toe als de eigenschappen bovengemiddeld zijn. Daardoor hebben we in Nederland een uniek aanbod van uitstekende grassen en voedergewassen.”

“In een gemiddeld jaar wordt nog steeds 10 tot 11 ton drogestof per hectare geoogst, terwijl de N-gift is teruggelopen van 600 naar 300 kg per ha. Dat is de kracht van veredeling.”

Klavers in mengsel

Door de dalende stikstofgiften neemt de vraag naar klaver in grasmengsels toe. Klaver bindt 25 tot 40 kilo stikstof uit de lucht per ton bovengrondse productie. Deze stikstof komt ten goede aan de groei van het gras. Wel blijkt het lastig om klavers na drie tot vier jaar in de zode te behouden. Van der Schoot adviseert rassen te selecteren die goed scoren op ‘standvastigheid’ en ‘concurrentievermogen’. “Er is aanbod van ‘agressieve’ klavers die het heel goed doen in mengsels met raaigras. Door de lagere stikstofgift staat raaigras iets meer op achterstand, waardoor klavers meer ruimte krijgen.”

Bestand tegen droogte

Naast een lagere stikstofbemesting is de grote kans op droge zomers de tweede factor die de samenstelling van grasmengsels beïnvloedt. Rietzwenk is bijvoorbeeld een grassoort die dieper wortelt en daardoor beter tegen droogte bestand is. Voor weidepercelen is deze soort minder geschikt, omdat koeien er niet graag van eten. Voor een maaiperceel vervalt dat argument; rietzwenk in een graskuil wordt door het melkvee prima opgenomen. En voor melkveehouders die de voordelen van raaigras en rietzwenk willen combineren, is er het kruisingsproduct Festulolium.

Ook mengsels met kruiden (zoals cichorei en weegbree) passen in het streven om in te spelen op droge zomers. Kruiden hebben een diepe penwortel die goed bij het diepe bodemvocht komt. Daarnaast lijkt het aannemelijk dat kruiden de gezondheid van het vee positief beïnvloeden. Van der Schoot: “Ook bij kruidenrijke mengsels is het de uitdaging om de concurrentiekracht ten opzichte van raaigras te verbeteren. Daar zetten veredelingsbedrijven vol op in.”

Jan Rinze van der Schoot is bij Wageningen University & Research verantwoordelijk voor de uitvoering van het rassenlijstonderzoek (CGO) voedergrassen.

Even een dubbelcheck
of gewoon een vraag?

Neem contact op met jouw regionale specialist.

Onze kruidenmengsels

Hoogwaardige Havera grasmengsels voor meer melk uit gras

Meer over ruwvoerteelt

Haal meer uit je ruwvoer met onze kennisbank