Haanstra waardeert het ras vooral vanwege de vroege oogst die kansen biedt voor een geslaagde groenbemester en aanvoer van organische stof. Maar ook het gezonde ‘karakter’ van de Chevignon en de prima opbrengsten kan hij goed waarderen. “Chevignon stelt nooit teleur.”
Bekijk de rasinformatie van Chevignon >
“Het heeft na de zaai half oktober meer dan een half jaar alleen maar geregend en toch had mijn vroegst gezaaide Chevignon vrijwel geen last van ziektes. Dat laat zien hoe sterk het ras is. En met een opbrengst van 85.00 kilo zat ik mooi aan de bovenkant voor oogst 2024.”
Hans doet er veel aan om de tarweteelt goed te laten slagen. Dat begint al bij de zaai. “Je moet de tarwe er niet in willen prutsen. Ik zaai op tijd, liefst tweede helft oktober of begin november. En als het ploegen een slippartij dreigt te worden laat ik de loonwerker spitzaaien. Want ik ben zuinig op de bodem.”
Zodra het land in maart een beetje is opgedroogd zaait Hans met het kleinste trekkertje dat hij heeft (een MF 135 van amper 1.500 kilo) een Engels raaigras-groenbemester onder de tarwe. “Dat is het beste moment voor een geslaagde groenbemester”, stelt de akkerbouwer. “Dan krijg je een goede grasproductie en een prachtig pakket wortels.“
Eveneens in het vroege voorjaar, en met dezelfde lichte trekker, rolt Hans de tarwe met de Cambridge-rol voor een betere uitstoeling. Chevignon heeft van zichzelf een stevig stengel die Hans via groeiregulatie nog een extra steuntje in de rug geeft. En bij de kunstmestgift volgt hij het Eurofins advies op basis van een stikstofmonster.
Ondanks het prima resistentiepakket van de Chevignon hanteert Hans een redelijk standaard spuitregime in zijn wintertarwe. “Ik spuit altijd aan de veilige kant”, bekent hij. “Als de eerste ziektemeldingen komen, ben ik meestal al een keer rond geweest met de spuit. Afhankelijk van de omstandigheden varieer ik soms een beetje met de dosering maar ik laat de T1 en de T2 nooit achterwege. En ik wissel consequent af met de actieve stoffen.”
Als eind juli de Chevignon bij de afnemer in de silo ligt heeft Hans nog ruimschoots gelegenheid om op zijn graanstoppel aan de organische stofvoorziening te werken. “De vroegheid is voor mij het belangrijkste argument om voor de Chevignon te kiezen. De ondergezaaide grasgroenbemester is dan al goed ontwikkeld en kan nog een paar maanden groeien. En ik heb ruim de tijd om champost en groencompost over de stoppel uit te rijden.” Ter completering van het organische stof menu laat Hans ook al het stro verhakselen.
Hans’ inspanningen voor de graanteelt worden altijd beloond met fraaie opbrengsten. “Die 8,5 ton van 2024 was keurig voor de omstandigheden van dat jaar, maar meestal noteer ik 11 tot 11,5 ton per hectare. In een topjaar heb ik met de Chevignon al eens 12,8 ton gedorsen. Het mooie van de Chevignon is dat het ras nooit teleurstelt. De kilo’s zijn altijd goed en af en toe zit er een topper tussen. Het is gewoon een gezond en betrouwbaar tarweras.”
Het lukt de Flevolandse akkerbouwer ook regelmatig om met de Chevignon bakkwaliteit te telen. “In 2023 bijvoorbeeld had ik een hectolitergewicht van 82 en hele fraaie eiwit cijfers”, vertelt hij. “Bakkwaliteit is voor mij geen doel op zich maar het is mooi meegenomen als het lukt.” Met het zaaiseizoen voor de boeg heeft Hans half september het zaaizaad al weer een paar weken in de schuur liggen. “Ik bestel altijd vroeg want voor je het weet is de Chevignon weer op”, lacht hij.
Chevignon – vroegrijpe baktarwe
Neem contact op met jouw regionale specialist.
Haal meer uit je graanteelt met onze kennisbank.